- Donderdag 16 augustus 2012.
- Yonne: 29,5 Km en 6 sluizen af.
- Aantal draaiuren motor: 4h.
- Aantal vaaruren: 5,35h.
- Weer: zomer en 28°.
Vandaag varen we de Yonne af tot de monding in de Haute-Seine. De sluizen doen we samen met een beroepsschip. In het lange smalle aanloopkanaal naar de sluis moeten we even wachten omdat het grote schip hier geen snelheid kan halen maar de “verloren” tijd halen we dan weer in omdat de sluizen altijd klaar staan om in te varen. De samenwerking gaat perfect.
Vóór ons varen onze goede vrienden van de Sherpa. Op de Rust Na Arbeid halen onze pagadders gekke kuren uit samen met de papa en Omi zit te keuvelen met Els. De zon glinstert zwaar zilver op het water, het mooie landschap glijdt voorbij en ik ben een gelukkig mens. Mag dat nog in deze tijden van crisis en onheilsberichten van over de hele wereld? Ja dus.
Na ongeveer twintig kilometer stapt Sam af om met de fiets de auto op te halen. In de laatste sluis op de Yonne, een met schuine wanden, maak ik een domme fout door het roer naar de schuine kant te laten staan. De boot komt vast te liggen op de schuine wand. Door vooruit te varen (gedenk de wijze woorden van de oude schipper) krijg ik de boot los van de kant maar door de druk is het roer gedeeltelijk uit zijn hengels gelicht. We maken vast aan de Sherpa (dat is één van de voordelen van samen op pad te zijn) die ons uit de sluis trekt zodat de beroepsvaarder zijn weg kan voortzetten. Met de hand sturen gaat niet meer, gelukkig werkt de hydraulic nog en gaat electrisch sturen nog wel en kunnen we veilig aanmeren in Montereau.
Sam is intussen aangekomen met de auto en we besluiten morgen het roer weer in zijn juiste positie te hangen. Of nu toch één poging? We maken een hefboom maar het lukt niet. Sam en Els moeten vertrekken voor de verre reis naar Antwerpen. Jasmijn en Mileen blijven om een weekje mee te varen tot in Parijs.
Luc en ik besluiten om toch nog een poging te wagen. De takel wordt bovengehaald, een strop rond twee vaste punten en dan maar trekken. De strop spant zich als een vioolsnaar en we kunnen het roer 2 mm lichten. Luc duikt het water in en met een zware hamer geeft hij enkele welgemikte tikken en dan horen we een zware “koink” en het roer zit terug op zijn plaats. Geen enkele symfonie van de meest beroemde componisten ter wereld klinkt zo mooi als de “koink” van daarjuist.
Nota: de RNA is een schip dat kan droogvallen. D.w.z.: het is een platbodem en onder de schroef zit een scheg die op de grond steunt en aldus de schroef beschermt. Het roer kon er enkel af als het exact 90° dwars stond. Door het hydraulische stuurmechanisme kan het roer nu nog maar 65° dwars staan en er dus niet meer uit zijn hengels vallen of men moet de aanslag wegslijpen. Dit is ons geluk geweest. Stel u voor: het méér dan 500 Kg zware roer ligt op de bodem van de sluis. Dan moet er een kraan en duiker komen om alles op te vissen, terwijl ligt er een beroepsschip te wachten om uit te varen….ik mag er niet aan denken!
Bij de post die Sam en Els bijhebben zit ook “mijn ouwe-lullen-pas” (dixit G d K uit T). Hiermee mag ik binnenkort gratis met de tram en bus rijden. Helaas???